Plaatsvervangers
Muziek is een grote liefde van Thomas Heerma van Voss. Op zevenjarige leeftijd bezoekt hij samen met zijn vader zijn allereerste liveconcert. Ineens staat hij oog in oog met muzikanten tegen wie hij tot dan toe alleen op veilige afstand, in zijn jongenskamer, opkeek. Hij beschrijft hoe de virtuele popgroep Gorillaz een middelbareschoolliefde vormt en maakt de lezer op ontroerende wijze deelgenoot van een vriendschap, die via een hiphopsite ontstaat en buiten het scherm opbloeit. Zijn bewondering en nieuwsgierigheid leiden hem jaren later naar New Orleans, waar hij op zoek gaat naar een ondoorgrondelijke gangsterrapper die zichzelf The Ghetto Bill Gates noemt.
De persoonlijke verhalen in Plaatsvervangers draaien steeds om de relatie tussen artiest en toeschouwer, tussen bewonderde en bewonderaar, en telkens beschouwt Heerma van Voss ook zichzelf. Vol sprekende details en persoonlijke overdenkingen schrijft hij over muzikanten die iets kunnen wat hij niet kan, iets durven wat hij niet durft, die leven zoals hij niet leeft.