Parade
Halverwege zijn leven begint de kunstenaar G ondersteboven te schilderen. Uiteindelijk schildert hij zijn vrouw op die manier en maakt haar lelijk. Zijn schilderijen zijn een groot succes.
In Parijs wordt een vrouw uit het niets op straat aangevallen. Haar belaagster vlucht, maar als ze wegrent kijkt ze nog één keer om, als een kunstenaar die afstand neemt van het doek.
Wanneer een moeder sterft, kijken haar kinderen terug op haar leven; de verhalen die ze vertelde, de rollen die ze hun toebedeelde, de liefde die ze hun onthield. Haar dood is een vorm van vrijheid.
In Parade onderzoekt Rachel Cusk waar de grenzen van de traditionele roman liggen en toont ze de lezer een carrousel aan levens. Ze gaat voorbij aan identiteit en plot, draait de taal ondersteboven, om een waar verhaal te vertellen over kunst, familie, moraliteit en seksualiteit.