Klei
De schilder Ricardo en zijn vrouw Catherine genieten van hun zomervakantie op een vrije camping bij Le Verdon, waar de pottenbakker Joseph, zijn vrouw Alma en hun zesjarige dochter Zena wonen. Gasten die hun talent voor het pottenbakken willen testen, kunnen bij Joseph terecht om wat van dat beroep te proeven. Wanneer Catherine voor het eerst kennismaakt met het werken met klei, raakt ze in vervoering. En niet alleen voor de klei, ook voor de pottenbakker zelf. Drie keer wordt ze door Joseph in zijn atelier ‘vervoerd’, tot Joseph het welletjes vindt.
Dertien jaar later ontvangt Ricardo – hij is inmiddels gescheiden van Catherine – een brief van Zena. Daarin vraagt ze of ze hem persoonlijk kan spreken. Ze is een biografie aan het schrijven over haar vader en wil uit Ricardo’s mond horen wat er die zomer op de camping is gebeurd.
Klei is een roman over wensen, verlangens en verbeelding, en over de ontdekkingsreis van een jonge vrouw naar het schrijverschap.