In andermans handen
Op reis door het noorden van Irak, stappen de Duitse avonturier Albert en zijn tolk Osama uit hun terreinwagen om de benen te strekken. Even later worden ze met zakken over het hoofd in een andere auto geduwd. Gezien de chaos in het land is maar één ding zeker: áls de ontvoerden ooit vrijkomen, gaat dat veel geld kosten.
De gevangenissen voor de twee gijzelaars wisselen met de dag, omdat ze worden 'doorverkocht' aan steeds weer andere groeperingen. Alleen de aanklachten blijven hetzelfde: 'kruisvaarders' zijn ze, 'Amerikanen', 'ketters die het ware geloof willen onteren'.
Als de wereld plotseling is gekrompen tot een ruw in elkaar getimmerd houten hok, snikheet en vol vliegen, waar haal je dan nog hoop vandaan? Wat blijft er van een mens over als overleven het enige is wat nog telt?
In een majestueus landschap laat dit adembenemende ontvoeringsverhaal met afwisselend religieuze, politieke en maffiose motieven ook nog iets anders zien: een genuanceerd beeld van mensen in blijkbaar uitzichtloze omstandigheden. Als het de mannen lukt om aan hun bewakers te ontkomen is tussen hen niets meer zoals het was. Wanneer verliezen wij ons in onze angsten, en wanneer ontaardt een vriendschap in wantrouwen en verraad?