Ik en de beer
Opeens staat er een enorme bruine beer voor Leo.
Een grote snuit vlak voor een klein neusje.
'Jij loopt niet weg, wat raar,' zegt Leo.
Ben jij dan níét boos op mij?
Alles zit Leo tegen vandaag. Iedereen is boos op hem.
Behalve de beer, die wil alleen maar bij hem zijn.
Het wordt een dag om nooit te vergeten.