Honderd dagen
David Hohl werkt als ontwikkelingssamenwerker in Rwanda, aan de vooravond van een humanitaire catastrofe. Zijn collega's vluchten het land uit, maar Hohl besluit achter te blijven. Al snel beseft hij zijn fout, en moet hij zich staande houden met enkel zijn goede bedoelingen en een teveel aan idealen.
Kigali, 1994. De hel breekt los in Rwanda. Het lijkt een chaos, gewelddadig en moordzuchtig, maar deze hel is zorgvuldig georkestreerd door een corrupt regime. Ontwikkelingssamenwerker David Hohl draait de deur achter zich op slot en sluipt de tuin in om zich achter de reservegenerator te verstoppen, waar zijn collega's hem niet zullen vinden.
Hij neemt het besluit in een fractie van een seconde. Hij wil hier blijven, in plaats van een laffe aftocht te blazen en het oorlogsgebied per evacuatievlucht te verlaten. Missie gefaald; laat ze maar verrotten. Hij wenst niet gered te worden, en hij wil bovendien in de buurt blijven van zijn lief Agathe, dochter van een lokale ambtenaar. Maar hij was oprecht verbaasd om te zien dat zelfs zijn leidinggevende een paar goede, duurzame laarzen had klaarstaan voor het geval dat ze plotseling moesten vluchten - was hij dan de enige die geloofde in hun werk?
Nu, na zijn eerste dag alleen, beseft hij de omvang van zijn misstap. Agathe is spoorloos, en de komende honderd dagen zal zijn lot in de handen liggen van de moordende, plunderende rebellen die Hohl in leven houden door hem voedsel en bescherming te bieden.
Honderd dagen toont ons op ongekend realistische wijze een verwoest en beeldschoon land, en de worstelingen van een goedbedoelende man die onder dreigt te gaan aan een overvloed van idealen en zich plotseling medeplichtig ziet aan een humanitaire catastrofe. Een nietsontziend portret van een continent dat op eigen benen tracht te staan, maar afhankelijk wordt gehouden door corrupte leiders enerzijds en welvarende, welwillende westerse landen anderzijds. Beklemmend en in precieze, observerende taal roept Lukas Bärfuss het beste van de literaire werelden van Dave Eggers en J.M. Coetzee op.