1947
Zij die de oorlog verloren, de fascisten, zijn op de vlucht. Ze moeten weg, ver weg: naar Zuid-Amerika. In Polen wordt een half miljoen mensen wegens collaboratie aangeklaagd. Simone de Beauvoir vliegt naar New York, waar ze verliefd wordt op de schrijver Nelson Algren. De Engelsen, die al druk genoeg zijn met hun eigen puin, willen van Palestina af. Lord Mountbatten voert gesprekken met Nehru en Gandhi over de toekomst van India. Christian Dior presenteert in Parijs zijn eerste collectie. In Egypte begint de zoon van een klokkenmaker een nieuwe beweging: de moslimbroederschap. Duizenden, honderdduizenden vluchtelingen trekken door Europa, op zoek naar een nieuwe plek om te leven, op zoek naar een toekomst. In de haven van Marseille ligt een wit passagiersschip. De mensen aan boord willen naar een land dat nog niet bestaat. Ze willen naar Israël.
Met de mooiste scherven die zij vond legt Elisabeth Åsbrink een indrukwekkend mozaïek en vormt ze een caleidoscopisch beeld van een jaar dat nog steeds resoneert.